Tijden - wijzen Actieve Vorm
Aantonende wijs Enkelvoud Meervoud
Onvoltooid tegenwoordige tijd τρέμω τρέμουμε, τρέμομε
τρέμεις "τρέμετε"
τρέμει τρέμουν(ε)
Onvoltooid verleden tijd έτρεμα τρέμαμε
έτρεμες(α) τρέματε
έτρεμε έτρεμαν, τρέμαν(ε)
Aoristus
Voltooid tegenwoordige tijd
Voltooid verleden tijd
Toekomende tijd (1) θα τρέμω θα τρέμουμε, θα τρέμομε
θα τρέμεις θα τρέμετε
θα τρέμει θα τρέμουν(ε)
Toekomende tijd (2)
Voltooid toekomende tijd
Aanvoegende wijs
Onvoltooid tegenwoordige tijd να τρέμω να τρέμουμε, να τρέμομε
να τρέμεις να τρέμετε
να τρέμει να τρέμουν(ε)
Aoristus
Voltooid tegenwoordige tijd
Gebiedende wijs
Tegenwoordige tijd τρέμε τρέμετε
Aoristus
Deelwoord
Tegenwoordige tijd τρέμοντας
Voltooid tegenwoordige tijd
Onbepaalde wijs
Aoristus
Voorbeelden met «τρέμω»:
ελληνικά ολλανδικά
Έτρεμε σύγκορμος. Hij/zij beefde over haar hele lichaam.
H γη έτρεμε από το σεισμό. De aarde schudde van de aardbeving.
Aπό την έκρηξη άρχισε να τρέμει ολόκληρο το κτίριο. Sinds de uitbraak begon het hele gebouw te schudden.
Ο αέρας έκανε τα φύλλα των δέντρων να τρέμουν. De wind deed de bladeren van de bomen trillen.
Tρέμει το φως της λάμπας. Het licht van de lamp flikkerde.
Werkwoorden op dezelfde manier vervoegd als «τρέμω»:
- ανοιγοκλείνω open en dichtdoen
- γδύνω uitkleden
- δένω vastbinden, binden
- επιδένω verbinden, zwachtselen
- κλείνω sluiten, dichtdoen
- λιώνω smelten, ontdooien
- λύνω losmaken, oplossen
- ντύνω aankleden
- ξεντύνω uitkleden
- ξύνω krabben, schrapen
- ξεροψήνω doorbakken zijn
- περιχύνω ** bedruipen
- πιάνω pakken, vangen, vatten
- προσδένω vastbinden, aanleggen (schip)
- σβήνω * uitwissen, blussen, doven
- στήνω opzetten, oprichten
- συστήνω voorstellen, introduceren
- τέμνω snijden
- φτάνω, φθάνω aankomen, arriveren, bereiken
- φτύνω spugen
- χάνω verliezen, kwijtraken, missen
- χύνω gieten, schenken, morsen
- ψήνω koken, bakken
- .

* σβήνω τη δίψα μου - mijn dorst lessen

** περιχύνω κρέας με σάλτσα - het vlees met jus bedruipen