Op Leren.nl vind je online cursussen en links naar duizenden kennisbronnen over allerlei onderwerpen.

Wat wil jij leren?
Lionas Bay, Naxos

Lionas is a very quiet bay on the Cyclade island Naxos.

Dansen tijdens het middag maal.

an image

Irene Droppert
Nederlands - Modern Grieks
Vlaardingen-Nederland

Om het geslacht uit te drukken, meestal van het zelfstandig naamwoord (bv. als onderwerp).

ελληνικά ολλανδικά
Ένα παιδί πάντα έχει δίκιο. Een kind heeft ten alle tijden rechten
Ο μικρός Αλέξανδρος είναι ένα πολύ ζωηρό παιδί De kleine Alex is een zeer levendig kind

Om een niet gespecificeerde tijd aan te geven.

ελληνικά ολλανδικά
Ένα καλοκαίρι πήγα στη Σαντορίνη. Op een zomer ging ik naar Santorini.
Μια φορά κι έναν καιρό θα πηγαίνω συχνά στη Σαντορίνη. Eens zal ik vaak naar Santorini gaan.

Voor een zelfstandig naamwoord waarvan de kwantiteit niet is vastgesteld

ελληνικός ολλανδικά
Θέλω έναν καφέ με ζάχαρη και ένα νερό. Ik wil een koffie met suiker en een (glas) water.
Ένα μιλκ σέικ και ένα καλαμάκι, παρακαλώ. Graag een milkshake met een rietje.

Het kan gebruikt worden voor een aantal voornaamwoorden zoals, άλλος, τέτοιος, en δικός μου/σου/του

ελληνικά ολλανδικά
Ένα τέτοιο γεγονός με αφήνει έκπληκτη. Zo'n gebeurtenis laat me verbaasd achter.
Ο Μανόλης δεν θέλει το δικό σου αυτοκίνητο, θέλει ένα δικό του. Manolis wil jouw auto niet, hij wil er een van zichzelf.
ελληνικά ολλανδικά
Έχω μια πείνα. Ik heb honger.
Είναι μια καλή δασκάλα. Zij is een goede onderwijzeres.
Βλέπουμε μια ταινία στην τηλεόραση. We kijken naar een film op de tv.
Έρχεται ένος φίλος της Πόπης. Er komt een vriend van Poppie.
Παίρνω μία τρομάρα! Ik ben bang!
Θέλω μια άσπρη μπλούζα. Ik wil een witte blouse.
 
Het onbepaalde lidwoord heeft geen meervoudsvorm

Onbepaalde voornaamwoorden komen in het meervoud daarvoor in de plaats zoals in:

  • Μερικοί Έλληνες δεν είναι αναγνώστες. - Sommige Grieken zijn geen lezers.

In het MG wordt het onbepaalde lidwoord vaak weggelaten:
  • na het werkwoord zijn - «είμαι» en worden «γίνομαι» + zelfstandig naamwoord of bijvoegelijk naamwooord, terwijl het in het Nederlands in die gevallen wel gebruikt wordt.
  • als het onderwerp en lijdend voorwerp in een werkwoord zinsdeel verschijnen is dat meestal zonder bepaald lidwoord.
ελληνικά ολλανδικά
Ο Μανόλης είναι εργάτης. Manolis is een arbeider.
Είναι φίλος της. Hij is een vriend van haar.
Ο Μανόλης είναι Έλληνας. Manolis is een Griek.
Ο Μανόλης είναι φίλος μου. Manolis is een vriend van mij.
Το δελφίνι είναι θηλαστικό. De dolfijn is een zoogdier.
Είναι δικηγόρος. Hij is een advocaat.
Έγινε καθηγητής. Hij werd professor
Τον λένε Μανόλη. Hij heet Manolis. (Men noemt hem Manolis)
Δε γίνεται τίποτα. Het wordt niets.

Het onbepaalde lidwoord wordt weggelaten in onderstaande zinnen:
  • Als het onderwerp in de vorm van een zelfstandig naamwoord, eventueel voorafgegaan door een bijvoegelijk naamwoord, geen tastbare persoon of abstractie weergeeft. Zie de zinnen 1, 2, en 3.
  • Als er journalistieke redenen zijn bij een abstract onderwerp, zoals in zin 4
  • Als in een zin een vraag, een ontkenning of een veronderstelling wordt uitgedrukt, zoals in de zinnen 5, 6 en 7.
  • Als we in het zinsdeel met het werkwoord de soort van het voorwerp willen benadrukken en niet een specifiek voorwerp, zoals in de zinnen 8, 9 en 10.
ελληνικά ολλανδικά
1Έχεις φρέσκο ψάρι; Is er verse vis?
2Χύθηκα κόκκινο κρασί στον καναπέ. Er was rode wijn gemorst op de bank.
3Υπάρχουν καλοί λόγοι γιατί να μην πάμε. Er zijn goede redenen waarom we niet gaan.
4Άντρας σκότωσε τη γυναίκα του. Man doodt (zijn) vrouw.
5Έχετε οικογένεια; Heeft u familie?
6Δεν μιλώ ιταλικά. Ik spreek geen Italiaans.
7Αν είχα λεφτά, θα ήθελα να το αγοράσω Als ik geld had, zou ik het graag kopen.
8Διαβάζω εφημερίδα. Ik lees de krant
9Σπουδάζει φυσική. Hij/zij studeert natuurkunde.
10Μυρίζεις μυρουδιά. Je ruikt naar parfum.

Het bepaalde lidwoord wordt weggelaten in de volgende gevallen:

  • Als het zelfstandig naamwoord het onderwerp is en een onderdeel van een geheel weergeeft zoals in de zinnen 1 + 2. Hetzelfde geld voor het lijdend voorwerp in 3 + 4.
  • In zin 5, 6 en 7 waarin het woordje «σαν» gebruikt wordt kan een lidwoord weggelaten worden, behalve als een specifieke persoon of ding wordt bedoeld.
  • In veel zinnen, zoals in 8, 9 en 10, waarin een voorzetsel gebruikt wordt samen in een zinsdeel met een naamwoord, wanneer het voorzetsel geen bijzondere betekenis aangeeft.
ελληνικά ολλανδικά
1Ένα κομμάτι ψωμί. Een stuk brood.
2Ένα μπουκάλι νερό. Een fles water.
3Μ'αρπέσει να τρώω ψάρι. Ik houd ervan vis te eten.
4Χύθηκα νερό στο τραπέζι. Ik morste water op de tafel.
5Tον αγαπάει σαν αδελφό της. Zij houdt van hem als van haar broer.
6Σαν γνωστός μού φάνηκες. Je deed je aan mij voor als een bekende.
7Σαν διευθυντής της εταιρείας, ήταν πολύ αυστηρός Als directeur van het bedrijf was hij erg streng.
8Το γραφείο μας έχει κατά προσέγγιση ένα εκατομμύριο σε πωλήσεις Ons kantoor heeft ongeveer een miljoen aan verkopen.
9Η κακή συμπεριφορά του τον έβαλε σε μπελάδες. Zijn slechte gedrag bezorgde hem last.
10Έκανε με προθυμία ό,τι του ζήτησα. Hij was bereid (dat) wat ik hem vroeg te doen.
ελληνικά ολλανδικά
σπουδάζω μουσική muziek studeren
παίζω πιάνο piano spelen
παίζω κιθάρα gitaar spelen
δηλώνω συμμετοχή deelname/betrokkenheid verklaren
σε τελευταία ανάλυση in het laatste onderzoek
από επιστημονική άποψη vanuit een wetenschappelijke opinie
σε κοινωνικό επίπεδο op een sociaal niveau

het weglaten van een lidwoord in vastaande handelingen
 N.B.

In veel min of meer vaststaande handelingen en gebeurtenissen bestaande uit een werkwoord en één van de naamwoord- of voorwerpvormen, wordt het naamwoord niet vergezeld door een lidwoord. De werkwoorden die in zulke uitdrukkingen het meest voorkomen zijn «έχω» - hebben en «κάνω» - maken, waarvan de volgende voorbeelden:

ελληνικά ολλανδικά
δεν έχω ιδέα geen idee hebben (ik heb geen idee)
δεν έχω καιρό (να) geen tijd hebben (ik heb geen tijd)
δεν έχω διάθεση (να) niet in de stemming zijn om... (ik ben niet in de stemming om...)
έχω δίκιο και έχεις άδικο! ik heb gelijk en jij hebt ongelijk!
έχω πονοκέφαλο hoofdpijn hebben (ik heb hoofdpijn)
έχω σκοπό (να) van plan zijn om... (ik ben van plan om...)
έχω χρέος (να) de plicht hebben om ... (ik heb de plicht om ...)
έχει μεγάλη σημασία het is zeer belangrijk
έχω πεποίθηση (σε) geloven in (ik geloof in ..., overtuigt zijn van ...)
έχω εμπιστοσύνη σε vertrouwen hebben in ...(ik heb vertrouwen in ...)
κάνω εμετό braken, overgeven (ik moet overgeven)
κάνω εντύπωση de indruk hebben (in heb de indruk)
κάνει ζέστη het is heet
κάνω μάθημα les hebben (ik heb les)
κάνω μπάνιο baden (ik neem een bad - ik zwem)
κάνω νόημα σε van mening zijn (ik ben van mening)
μπαίνω στο νόημα Ik begin in te zien
κάνω φασαρία ruzie maken (ik maak ruzie)

ελληνικά ολλανδικά
1μέσω Θεσσαλονίκης via Thessaloniki
2μέσω Αλεξανδρούπολης via Alexandropolis
3λόγος υπάρξεως de zin van het bestaan
4άδεια οδηγήσεως het rijbewijs
5δελτίο ταυτότητος identiteitskaart
6υπάλληλος τράπεζης bank employé
7το Πανεπιστήμιο Πάτρας de Universiteit van Patras
8το Ίδρυμα Κώστα και Ελένης Ουράνη Stichting Kostas en Eleni Ourani
9η οδός Μιαούλη Miaouli straat
10ο Δήμος Ξάνθης de gemeente Xanthi

Zin 1 + 2, na het voorzetsel via - «μέσω» wordt de tweede naamval gebruikt en het lidwoord achterwege gelaten.

Hetzelfde geldt voor de uitdrukkingen in de zinnen 3, 4, 5 en 6, waarbij het voorkomt dat het tweede gedeelte van het zinsdeel in de katharevousa-vorm verschijnt, zoals we hier zien bij de woorden «υπάρξεως», «οδηγήσεως», «τραπέζης» en «ταυτότητος».

Het lidwoord wordt niet gebruikt in de namen van straten en instituten, zie de zinsdelen 7, 8, 9 en 10.